VOION Dacapo Kees Winkelman 0640

Inspiratie

Goed gezondheidsmanagement, beter onderwijs

vrijdag 28 september 2012 | Veilig en vitaal werken

In de CAO-VO en de Arbowet staan veel bepalingen waaraan werkgevers ten behoeve van hun werknemers moeten voldoen. Maar Stichting Onderwijs Midden-Limburg (SOML) uit Roermond gaat bewust een stap verder, bijvoorbeeld in gezondheidsmanagement. Bestuursvoorzitter Rien Fait*: “Voor mij betekent goed werkgeverschap niet het voldoen aan verplichtingen, maar aan wat ons personeel nodig heeft.”

Een jaar of tien geleden worstelde SOML met een te hoog ziekteverzuim. Sindsdien heeft de stichting haar werkgeverschap en personeelsbeleid steeds verder geprofessionaliseerd en verzelfstandigd: door beleid te formaliseren, door samen te werken met externe partners en zelf deskundigheid in huis te halen, en door te gaan werken op basis van kwartaalrapportages. Fait: “Ons verzuimpercentage kregen we zo binnen de kortste tijd stichtingsbreed beneden de viereneenhalf procent, en we willen nog verder naar beneden.”

De ongeveer duizend personeelsleden van SOML hebben, aldus de bestuursvoorzitter, gewoon recht op goed werkgeverschap. Dit uit zich onder meer in een hoog percentage docenten met een LC-functie en een ruimhartig seniorenbeleid. Maar Fait vermeldt met enige trots vooral een andere verworvenheid: “Inmiddels mag ik – denk ik – wel zeggen dat SOML ook op het gebied van gezondheidsmanagement bekend staat als goede werkgever.”

Preventief
Personeelsadviseur Paula van den Broek heeft ervaren hoe het terugdringen van het ziekteverzuim leidde tot een andere focus van het gezondheidsbeleid: “Het belangrijkste verschil met tien jaar geleden is de verschuiving van de aandacht van het curatieve naar het preventieve. Onze visie en ambitie gaan nu uit van de overgrote meerderheid die gewoon gezond is. Die 95,5 procent willen we op een goede en plezierige manier aan het werk houden. In dat opzicht vinden wij bedrijfsfitness even belangrijk als een bedrijfsarts. Tegelijkertijd willen we zieke medewerkers natuurlijk zo snel mogelijk weer op de been helpen.”

Van den Broek en Fait benadrukken dat ‘gezondheidsmanagement’ veel meer omvat dan het voorkomen van ziekteverzuim. “De term weerspiegelt de brede insteek van ons arbobeleid: gezondheid, veiligheid, personeelsbeleid, fysieke én sociale aspecten zijn geïntegreerd. Voorheen stond verzuimbeleid op beleidsniveau nog redelijk los van arbobeleid. Nu vormt ons arbobeleid de kapstok waarop verzuim en gezondheid een plek hebben. We blijven deze integratie vervolmaken, vooral op het gebied van sociale veiligheid.”

SOML volgt daarbij een vrij strakke beleidscyclus, legt Fait uit. “In onze jaarplannen leggen we afspraken over arbobeleid, sociale veiligheid en verzuim zoveel mogelijk vast in resultaatgerichte termen. Onze scholen geven daar op basis van hun eigen situatie invulling aan met hún plannen. We vinden het belangrijk het beleidskader van de stichting tot stand te brengen in samenspraak met schooldirecties, PGMR en onze raad van toezicht.”

De extra investeringen in gezondheidsmanagement betalen zichzelf op verschillende manieren terug. Fait: “De halvering van ons ziekteverzuim bespaarde tonnen. Minder opvang, minder vervangers, minder roosterwijzigingen, noem maar op. Deze invulling van goed werkgeverschap leidt zichtbaar tot meer motivatie en tevredenheid op de werkvloer. En als je kunt werken met mensen die goed in hun vel zitten, graag naar school gaan, komt dat ten goede aan de onderwijskwaliteit. Dat is ons heel wat waard en daar kunnen we alle hulp goed bij gebruiken.”

Arbocatalogus-VO
Voion (voorheen Arbo-VO), een initiatief van de VO-raad en de onderwijsbonden, heeft een gratis, digitaal kennisplatform voor het vo ontwikkeld: de Arbocatalogus-VO. Voor Van den Broek is deze catalogus ‘alleen als controlemiddel al niet meer weg te denken.’ “Hij is actueel, altijd bij de hand en houdt ons scherp. Zo bleek bij een interne controle dat we protocollen, regels en afspraken rond sociale veiligheid wel individueel hadden vastgelegd, maar dat er nog geen overkoepelend schoolveiligheidsplan was. In de Arbocatalogus-VO, die is gekoppeld aan de Arbowet, vonden we de beschrijvingen en concrete voorbeelden om dat plan te realiseren.” Ook Rien Fait beschouwt de Arbocatalogus-VO als leidraad: “Die kunnen we op elk moment als kader en checklist naast ons beleid houden. Daarmee is het een kwestie van afvinken: dit hebben we, maar dát nog niet – daar gaan we mee aan de slag. En de Arbocatalogus geeft ons een consistenter beeld dan een rapport van de Arbeidsinspecteur, wat toch een momentopname is.”

* Per 1 maart 2012 is Rien Fait met pensioen. Hij is opgevolgd door de heer ir. C.B. Hoefnagel. 

    

Gerelateerde onderwerpen