GP Kees Winkelman 7117 LR 1600

Nieuws

Wet toekomst pensioenen aangenomen

dinsdag 6 juni 2023 | Onderwijsarbeidsmarkt

Na de Tweede Kamer heeft ook de Eerste Kamer op 30 mei ingestemd met de wet toekomst pensioenen. De Wet gaat daarmee op 1 juli aanstaande in. Op die datum start een overgangsfase van enkele jaren waarin eerst werkgevers en werknemers met elkaar afspraken gaan maken over het aanpassen van hun pensioenregeling en daarna pensioenuitvoerders deze afspraken gaan uitvoeren.

Uitwerking Pensioenakkoord
In de ‘Wet toekomst pensioenen’ zijn de afspraken vastgelegd die werkgevers, werknemers en het kabinet in 2019 met elkaar hebben gemaakt in het Pensioenakkoord. De wet kent drie doelen: een aanvullend pensioen dat sneller stijgt, een persoonlijkere en duidelijkere pensioenopbouw, en een pensioenstelsel dat beter aansluit bij dat mensen niet meer 40 jaar bij één baas werken.

Wat blijft er hetzelfde?
Het uitgangspunt van de nieuwe wet blijft dat het pensioen gezamenlijk wordt opgebouwd en dat financiële risico’s met elkaar gedeeld worden. Werkgevers en werknemers leggen premie in, pensioenuitvoerders beleggen dat geld en keren de pensioenuitkeringen uit.

En wat verandert er?
De afgelopen jaren gingen de meeste pensioenen niet of nauwelijks omhoog. In het nieuwe pensioenstelsel kunnen pensioenuitvoerders de opbrengst van hun beleggingen sneller gebruiken om de pensioenen te verhogen. Omgekeerd werkt het ook: als het flink tegenzit, kunnen de pensioenen ook omlaag. De nieuwe pensioenwet regelt wel dat er buffers zijn om dat zo veel mogelijk op te vangen.

De nieuwe pensioenwet zorgt er ook voor dat het duidelijker en persoonlijker wordt hoeveel pensioen er is opgebouwd. Het pensioen van een deelnemer is voortaan alle premie die namens die deelnemer is betaald, plus het rendement dat dit geld heeft opgeleverd.

Wat ook verandert, is dat de premie die werknemers betalen op elke leeftijd ten gunste komt van hun eigen pensioen. In het vorige systeem werd het meeste pensioen opgebouwd aan het einde van de loopbaan en was er een impliciete subsidie van jong naar oud. Een andere baan of werkloosheid had aan het eind van de loopbaan daardoor extra grote gevolgen. De nieuwe wet sluit op deze manier beter aan bij dat mensen tegenwoordig niet meer veertig jaar voor één baas werken.

Bron: rijksoverheid.nl