Startende docenten in het voortgezet onderwijs hebben recht op een reductie van hun lesgevende taak: 20% in het eerste jaar en 10% in het tweede jaar. Deze regeling is bedoeld om beginnende docenten te ondersteunen tijdens hun inductieperiode en overbelasting te voorkomen. Voion heeft onderzoek gedaan naar de toepassing van deze regeling.
De regeling voor lestijdreductie helpt startende docenten aantoonbaar, maar wordt nog onvoldoende toegepast of is nog onvoldoende bekend. Zowel werkgevers als docenten onderschrijven het belang van de lestijdreductie voor startende docenten. De lestijdreductie draagt bij aan het bieden van een ‘zachte landing’ binnen de school. Docenten ervaren meer tijd om lessen voor te bereiden en voor persoonlijke ontwikkeling. Volgens zowel werkgevers als docenten draagt de lestijdreductie bij aan meer ruimte voor betere begeleiding en uitstroom te voorkomen gedurende de eerste jaren.
Onvoldoende bekendheid met de regeling
Niet alle startende docenten en HR-medewerkers zijn op de hoogte van de regeling voor lestijdreductie. Dit gebrek aan bekendheid zorgt er mede voor dat de regeling niet altijd wordt toegepast. Ook blijkt dat er onduidelijkheid bestaat over de doelgroep van de regeling, zoals zij-instromers, en over de praktische uitvoering ervan. Door betere communicatie en voorlichting – bijvoorbeeld via lerarenopleidingen, stagebegeleiders en hr – kunnen meer starters profiteren van deze regeling.
Financiën en lerarentekort als struikelblok
In sommige gevallen vormen financiën en het lerarentekort een belemmering voor het toepassen van de regeling. Een aantal werkgevers geeft aan dat zij moeite hebben met het vinden van vervanging voor de uren die een starter niet hoeft te maken door de reductie. Ook ontbreekt het soms aan financiële middelen om de regeling goed toe te passen, waardoor sommige werkgevers terughoudend zijn in het aannemen van starters.
Meer weten?