GP Kees Winkelman 7117 LR 1600

Nieuws

Regionale verschillen in werkgelegenheid voortgezet onderwijs zichtbaar

woensdag 11 juni 2025 | Onderwijsarbeidsmarkt | Algemeen Voion

De meest recente werkgelegenheidsdata in het onderwijs, afkomstig van DUO (Dienst Uitvoering Onderwijs) laten opvallende regionale verschillen zien. Hoewel er landelijk sprake is van een lichte stijging in het aantal leraren en directeuren, zijn er regio’s waar juist sprake is van een daling. Bekijk de nieuwste werkgelegenheidscijfers voor uw regio in Regio in beeld.

Landelijke stijging, regionale daling
Tussen 2020 en 2024 is het aantal leraren en directeuren in Nederland met 2,1 procent toegenomen. Deze groei is echter niet gelijk verdeeld over het land. In regio’s als Flevoland, Drenthe en Overijssel is het aantal onderwijsmedewerkers juist afgenomen. Daarentegen laten steden als Amsterdam, Den Haag en Utrecht een bovengemiddelde groei zien. Vooral Utrecht springt eruit met een indrukwekkende stijging van 28,5 procent.

Vergrijzing en verjonging in balans, maar niet overal
In 2024 was het aandeel onderwijsmedewerkers jonger dan 35 jaar en ouder dan 55 jaar beide 26 procent. Dit betekent dat meer dan een kwart van het personeel de komende jaren met pensioen zal gaan. In regio’s als Friesland (29%) en Flevoland (28%) ligt het aandeel 55-plussers zelfs nog hoger. Tegelijkertijd zijn er regio’s waar juist veel jonge onderwijsmedewerkers van 35 jaar of jonger werken, zoals Utrecht (34%), Den Haag en Rotterdam (beide 29%).

Deeltijdwerk in het voortgezet onderwijs
In het voortgezet onderwijs werkt relatief veel personeel in deeltijd. Het aandeel medewerkers met een contract kleiner dan 0,8 fte varieert regionaal tussen de 22 en 32 procent. In regio’s als Utrecht (32%) en Gelderland-Zuid en -Noord (beide 31%) wordt het meest in deeltijd (< 0,8 fte) gewerkt. In Limburg (78%) en Flevoland (77%) zijn de meeste voltijdwerkers (> 0,8 fte) te vinden.

Samenstelling personeel verschilt sterk per regio
De manier waarop het onderwijs is georganiseerd verschilt per regio, wat terug te zien is in de personele samenstelling. Het aandeel leraren varieert tussen de 63 en 88 procent. Onderwijsondersteunend personeel maakt tussen de 17 en 35 procent van het personeelsbestand uit. Het aandeel directieleden ligt tussen de 1 en 6 procent. Deze cijfers laten zien dat de inzet van personeel sterk afhankelijk is van regionale keuzes en omstandigheden.