VOION Haganum 2144

Publicaties

Evaluatieonderzoek Lerarenbeurs en professionalisering in brede zin

donderdag 12 mei 2022 | Onderwijsarbeidsmarkt

Betreft: Evaluatie van de Lerarenbeurs en onderzoek naar professionalisering in brede zin
In opdracht van: het ministerie van OCW
Uitgevoerd door: MOOZ, CAOP, Centerdata.
Datum rapport: maart 2022

In opdracht van het ministerie van OCW hebben MOOZ, CAOP en Centerdata onderzoek gedaan naar de professionalisering van leraren en docenten en naar de doelmatigheid en doeltreffendheid van de Lerarenbeurs. Voor het onderzoek is gebruik gemaakt van bestaande data en zijn nieuwe data verzameld door middel van enquêtes en interviews.

Drijfveren en professionaliseringbehoeften
De meeste leraren/docenten in Nederland zijn bevlogen over hun werk en gemotiveerd om zichzelf verder te ontwikkelen. Het verbeteren van kennis en begrip van het vak(gebied) is de meest genoemde reden voor professionalisering. Daarnaast worden pedagogische vaardigheden en ict-vaardigheden genoemd. Kortdurende professionaliseringsactiviteiten richten zich vooral op (verbetering van) het huidige werk en bij het volgen van een langdurige opleiding met de Lerarenbeurs speelt de onderwijsloopbaan (bijvoorbeeld een andere functie of uitbreiding van taken) een belangrijkere rol.

Deelname aan professionaliseringsactiviteiten
Bijna alle leraren en docenten nemen jaarlijks deel aan één of meer professionaliseringsactiviteiten. Vaak gaat het daarbij om een combinatie van formele en informele activiteiten. In het vo wordt vaak deelgenomen aan kortdurende opleidingen, cursussen of trainingen en aan teamgerichte scholing.

Qua leeftijdsklasse valt op dat jongeren relatief vaker op vakinhoudelijk en pedagogische vlak willen ontwikkelen en ouderen vooral behoefte hebben aan verbetering van hun ict-vaardigheden. Jongeren volgen vaker langdurige opleidingen of cursussen dan hun oudere collega’s.

Gemiddeld genomen besteden leraren en docenten zo’n 80 uur per jaar aan professionalisering. Dit komt redelijk overeen met de cao-afspraken over professionalisering en nascholing.

Opbrengsten van professionalisering
Professionalisering zorgt voor een grotere (vak)bekwaamheid van leraren/docenten en een betere lespraktijk. De leraren/docenten die een opleiding hebben gevolgd met behulp van een Lerarenbeurs noemen ook andere opbrengsten, zoals: verdieping van de vakkennis en pedagogische vaardigheden, uitbreiding van taken en/of een andere functie en verdieping van het onderwijs aan leerlingen met speciale behoeften.

Leidinggeven aan leren
Uit het onderzoek blijkt dat de meeste leraren/docenten periodiek een formeel gesprek houden met hun leidinggevende, waarin ook over hun persoonlijke ontwikkeling wordt gesproken. Concrete afspraken over de persoonlijke ontwikkeling worden daarin echter weinig gemaakt. Wat betreft de door leraren/docenten ervaren belemmeringen, speelt vooral de (beschikbare) tijd een grote rol.

Organisatie van professionalisering
Professionalisering wordt steeds vaker als een organisatieverantwoordelijkheid gezien. Uit de interviews met werkgevers blijkt dat steeds meer grote schoolbesturen, instellingen of samenwerkingsverbanden (in het vo, mbo, hbo en wo) een huisacademie, kenniscentrum, learning center of ander platform hebben om de professionalisering en kennisdeling binnen de organisatie een impuls te geven. Ook zijn er steeds meer initiatieven die gericht zijn op leren in de praktijk (door te doen).

Doelmatigheid en doeltreffendheid van de Lerarenbeurs
De Lerarenbeurs voorziet duidelijk in een behoefte en wordt door de meeste leraren/docenten die een beurs hebben ontvangen positief beoordeeld. Geconcludeerd kan worden dat de Lerarenbeurs doeltreffend is. De beurs draagt bij aan het verbeteren van de kwaliteit en positie van leraren/docenten en zorgt voor een verhoging van het kwalificatieniveau.

Wat betreft de doelmatigheid, is het beeld iets meer gemêleerd. Uit het onderzoek blijkt dat circa 80 procent van de beursontvangers hun opleiding succesvol afrondt en dat de meesten hiervan ook in het onderwijs blijven werken. Het opleidingsrendement ligt in het vo iets lager. Voor alle sectoren geldt overigens dat de meeste leraren/docenten (80%) de opleiding niet hadden gevolgd als ze de Lerarenbeurs niet hadden gekregen.