VOION Dacapo Kees Winkelman 0640

Inspiratie

Inspiratie uit en aansluiting met het bedrijfsleven

dinsdag 18 juni 2013 | Onderwijsarbeidsmarkt | Veilig en vitaal werken

Gert Schouten, docent op De Meerwaarde in Barneveld, wilde de banden met het bedrijfsleven aanhalen. Maar hoe? Tot een vastomlijnd idee kwam het niet. Tot hij in een programma voor professionalisering een serieuze adviesopdracht uitvoerde voor een bedrijf. Dat uitstapje sterkte hem in zijn voornemen om, samen met collega’s, zijn ideeën concreet te maken. Door betere contacten met het bedrijfsleven wordt de stage voor leerlingen interessanter en gaat de kwaliteit omhoog. Gert houdt hierdoor plezier in zijn baan.

Voor Gert Schouten was het bedrijfsleven geen onbekend terrein. Na de lerarenopleiding werkte de docent natuurkunde negen jaar als voorlichter bij een veevoederfabrikant en nog een jaar bij een bedrijf dat kort daarop failliet ging. "Dat je na de studie het bedrijfsleven in ging, was in die tijd heel gewoon”, zegt hij. “Tachtig procent van mijn medestudenten maakte die keuze en volgens mij is dat nog steeds zo." Zijn baan beviel hem goed tot hij gefrustreerd begon te raken door de steeds strenger wordende regelgeving. Toen het andere bedrijf over de kop ging, wilde hij wel eens weten of het onderwijs toch wat voor hem was.

Duidelijke link
Hij begon als invaller op een vmbo in Barneveld (Zorg en Welzijn, Economie en Groen). “Ik kwam halverwege het jaar en dan is zo’n klas al gesetteld. Dus dat was zwaar.” Toch aarzelde hij niet toen de school hem het schooljaar daarop een vast contract aanbood en hij fulltime aan de slag kon. Eerst gaf hij ook economie, daarna alleen nog natuurkunde. Sinds de school vijf jaar geleden fuseerde met een ander Barnevelds vmbo (Techniek) geeft hij alleen nog in die sector les, in de bovenbouw. Daar voelt hij zich echt op zijn plek, omdat natuurkundige begrippen als elektriciteit, snelheid en kracht een duidelijke link hebben met techniek in vakken als Electro en Motorvoertuigen. Bovendien komt de ervaring die hij in het bedrijfsleven opdeed goed van pas. Leerlingen in klas 3 en 4 lopen twee weken stage. “Als je ze tijdens hun stage bezoekt, zijn het heel andere jongens. Dat is mooi om te zien.” Maar ook in zijn lessen kan Schouten aan leerlingen zijn kennis over het bedrijfsleven meegeven: de manier van denken, hoe het daar toegaat en welke zaken ze belangrijk vinden.

Afstemmen
Uit de combinatie van zijn kennis en ervaring groeide bij Schouten de behoefte om het bedrijfsleven nauwer te betrekken bij de stages. "Je hebt leerlingen die in hun stage heel positieve ervaringen hebben, anderen komen terug met negatieve ervaringen. Juist aan die tweede categorie wil ik aandacht geven. Hoe komt het dat het niet goed is gegaan?" Daar heeft hij, samen met collega’s natuurlijk, wel gedachten over. Leerlingen stimuleren hun goede kanten te laten zien, bijvoorbeeld, zich beter te presenteren. Maar hij wilde de kwaliteit van de stages ook verder ontwikkelen, in het belang van alle leerlingen. “Het ene bedrijf vraagt om een sollicitatiebrief waarin leerlingen opschrijven waarom ze stage willen lopen, het andere niet. Dat kun je afstemmen. Verder is het niet de bedoeling dat leerlingen, zoals bij sommige bedrijven gebeurt, de rotklusjes krijgen. De stage moet hen wel wat opleveren. Daarom hebben we ook het plan om leerlingen een praktische opdracht mee te geven tijdens hun stage. Bij dat soort zaken hebben we de bedrijven nodig, anders bedenk je vanuit het onderwijs leuke dingen die niet uitvoerbaar zijn en dat is jammer."

Voor de leeuwen
De kans deed zich voor om deel te nemen aan een programma voor professionalisering. Een behoorlijke tijdsinvestering, maar zijn teamleider zag de voordelen. Kern was een adviesopdracht. Samen met een andere cursist (een gemeenteambtenaar) bracht Schouten advies uit aan een bedrijf, dat op zoek was naar een methode van afvalverwerking die geld opleverde. Het bedrijf wilde antwoord op vragen als: Hoe kun je afvalstromen rendabel maken? Hoe doe je dat zonder subsidies? Hoe kom je aan investeerders? Welke stappen moet je daarvoor zetten? “Je gaat aan de slag en loopt tegen dingen aan”, zegt Schouten. “We werden echt voor de leeuwen gegooid, al heb ik daarvan wel veel geleerd.”

Verwachtingen uitspreken
De inzichten die Schouten kreeg door het proces van adviseren kan hij gebruiken in de contacten tussen school en bedrijven. “Heel belangrijk was de communicatie”, zegt hij. "Wanneer koppel je terug naar je opdrachtgever? Hoe snel en hoe vaak? Daar hadden we geen idee van en we hebben ons in het begin iets te diep in zaken vastgebeten. De opdrachtgever vond dat we te veel afgedwaald waren en wilde veel meer op de hoogte gehouden worden." Zijn voornaamste leerpunten: verwachtingen uitspreken, over en weer, open kaart spelen als dingen niet lopen en feedback vragen. Iets anders is expertise. “Ga er niet vanuit dat je alles weet, verzamel mensen om je heen die bepaalde expertise hebben en hun mening kunnen onderbouwen. In ons geval had het bedrijf te maken met specialistische regels en wetten. Dan moet je mensen hebben met know how op dat terrein.”

Gezonde concurrentie
De training was voor Schouten een bevestiging dat hij op de goede weg zat. Niet alleen voor zijn eigen vak, ook van Nederlands, Engels en wiskunde is het praktisch nut niet altijd even makkelijk uit te leggen aan leerlingen. Het bedrijfsleven kan daarbij helpen. “Je kunt samen met het bedrijfsleven raakvlakken benoemen, zorgen dat bedrijven er oog voor krijgen dat leerlingen de algemeen vormende vakken in hun werk later nodig hebben. Dat is ook hun zaak. Ik zie beter de mogelijkheden om dat voor elkaar te krijgen en kan de volgende stap zetten. Eerst wilde ik elk bedrijf individueel benaderen, maar uit groepssessies valt waarschijnlijk meer te halen. Ik wil zoveel mogelijk bedrijven rond de tafel krijgen. Als ze elkaar treffen en horen wat de ander doet, kan dat een gezonde onderlinge concurrentie aanwakkeren.”Samen tot een oplossing levert meer op. Dat geldt ook voor de collega’s, merkte Schouten, en hij plukt daar nu al de vruchten van. “Zorg dat je mensen deelgenoot maakt. Maak plannen kenbaar en blijf vervolgens op de achtergrond. Luister. Als anderen het gevoel krijgen dat ze kunnen meedenken, gaan ze hun steentje bijdragen en komen zelf met ideeën. Zo kom je tot meerdere oplossingen. Onze plannen voor het bedrijfsleven staan (nog) niet op papier, maar je ziet het opbloeien.”

Voldoening
Aan een terugkeer naar het bedrijfsleven, denkt Schouten niet. Het onderwijs boeit hem meer dan hij verwachtte: “Dat zit in de mix van kennisoverdracht en begeleiding van de leerlingen in het bedrijfsleven. En elke leerling brengt eigen eigenaardigheden mee. Sommigen bespreken persoonlijke dingen met je en je ziet ze groeien. Dat is het mooiste.” Naast het contact met de jongens (slechts een enkel meisje doet Techniek) haalt hij voldoening uit de gedachte dat wat hij bereikt meetbaar is. “Bij leerlingen heb je meerdere meetpunten, zoals de resultaten die ze halen en het plezier waarmee ze leren. Jongeren kun je nog vormen. In het bedrijfsleven moet je mensen overtuigen voordat ze doen wat jij adviseert. Dat vond ik wel eens frustrerend.” Zijn uitstapje naar het bedrijfsleven heeft hem wel nieuwe waarde voor de school gegeven. Als de contacten met het bedrijfsleven bij de afdeling Techniek eenmaal op poten staan, kan hij die misschien onderhouden als ‘consulent bedrijfsleven’. En wie weet kan hij zijn kennis en ervaring delen met de andere sectoren. Hij heeft in elk geval nieuwe inspiratie gekregen. “Mijn insteek is altijd geweest: als het me niet bevalt, ga ik weer om me heen kijken.” Zover is het bij Schouten nog lang niet.