VOION Dacapo Kees Winkelman 0640

Inspiratie

De beroepsgroep als ambassadeur in regionale samenwerking

dinsdag 20 juni 2023 | Onderwijsarbeidsmarkt | Algemeen Voion

Hoe betrek je de beroepsgroep in de aanpak van de tekorten en andere arbeidsmarktvraagstukken? Hoe draagt het betrekken van de beroepsgroep bij aan goed werkgeverschap en daarmee aan het opleiden en behouden van docenten? En hoe kunnen vo en mbo in dit gezamenlijke vraagstuk rondom regionale samenwerking van elkaar leren? In dit artikel komen twee voorbeelden aan bod, en bespreken we ideeën en uitdagingen op dit vlak.

De oproep van Merel van Vroonhoven om de beroepsgroep intensiever en nadrukkelijker te betrekken in de aanpak van de tekorten in het onderwijs klonk helder door in haar advies ‘Samen sterk voor elk kind’ (2020). Leraren en schoolleiders ervaren dagelijks de effecten van de tekorten en kunnen daarom een rol spelen bij de aanpak. Tijdens de RAP-kennissessie ‘De beroepsgroep als ambassadeur in regionale samenwerking’ van 6 juni jongstleden (georganiseerd door Voion, SOM in samenwerking met SO&P) zijn verschillende partners met elkaar het gesprek aangegaan: wat vindt er al plaats in de regio om de beroepsgroep te versterken, hoe kunnen we dat verstevigen en in de toekomst formaliseren? In Zeeland en Zwolle is men actief aan de slag met het betrekken van de beroepsgroep bij het aanpakken van tekorten. Wat werkt er goed en welke kansen liggen er nog?

Docentencampagne en tutoringsprogramma in regio Zwolle
In Zwolle (vo/mbo) zijn twee campagnes ontwikkeld, een docentencampagne waarin docenten als ambassadeur worden ingezet om collega’s te werven en een tutoringsprogramma waarin jongeren zich oriënteren op het docentschap.

De docentencampagne wil docenten motiveren om een ambassadeursrol op zich te nemen. Door docenten in het zonnetje te zetten wil de campagne een intrinsieke motivatie creëren om een rol te spelen in het werven van toekomstige collega’s. Hierbij krijgen de docenten geen extra verplichtingen, het gaat juist om kleine gebaren die het leraarschap weer in een positief licht plaatsen. Dit kan door op een laagdrempelige manier te laten zien dat je vak leuk is, door positief over het beroep te praten, door posters op te hangen van lerarenopleidingen, een oud-leerling of professional uit te nodigen in de klas, vakgerelateerde onderwerpen aan te dragen voor een profielwerkstuk of het eigen studiekeuzeverhaal te delen.

Het tutoringsprogramma richt zich op jongeren die bezig zijn met het maken van een studiekeuze. Scholieren krijgen de mogelijkheid om als tutor op een basisschool aan de slag te gaan, en zo een realistisch beeld te krijgen van het leraarschap. De scholieren ontvangen een kleine financiële vergoeding voor hun werk als tutor, worden begeleid door docenten van hun eigen middelbare school en volgen masterclasses op een hogeschool in de regio. Tot nu toe is het project gelanceerd op twee vo-scholen in de regio (Nijverdal en Wierden), volgend jaar willen de projectleiders het tutoringsprogramma uitbreiden en meer voorlichting geven in het mbo.

Samenwerking vo en mbo bij Technum
Technum biedt toekomstgericht techniekonderwijs in de regio Zeeland waarin vo en mbo nauw met elkaar samenwerken. Hier wordt de beroepsgroep nauw betrokken bij het nadenken over mogelijke oplossingen voor tekorten. Zo zijn vier modellen ontwikkeld om tekorten bij personeel aan te pakken. De eerste twee modellen zijn gebaseerd op de vorming van onderwijsteams. Deze bestaan uit docenten, instructeurs en hybride opleiders. De senior docenten zijn supervisors die de instructeurs en opleiders begeleiden en ondersteunen wanneer dat nodig is. Ze zijn eindverantwoordelijke en procesbewakers en worden zo veel mogelijk vrijgespeeld van lessen. Instructeurs en hybride opleiders nemen praktijkervaring en vakkennis mee uit het bedrijfsleven. Hierbij wordt gekeken naar de competenties die nodig zijn binnen het onderwijsteam en worden medewerkers met het juiste specialisme benaderd om het team aan te vullen.

Model 3 en 4 focussen op de werving van docenten. HR-medewerkers worden gestimuleerd om out of the box te denken. ‘Er wordt vaak geroepen dat de vijver leeg is, maar is dit wel echt zo?’ Vraagt projectleider Rob Kotzebue zich af. Zo is er grote potentie onder de jonge generatie (mbo en hbo). Daarom probeert Technum hen warm te maken voor het technisch onderwijs, door ze mogelijkheden te bieden om na de studie direct aan de slag te gaan als docent via een verkort traject. Ook kijkt Technum verder dan de eigen regio. Met behulp van verschillende middelen zoals wervingsbureaus en het plaatsen van oproepen via sociale media, probeert Technum docenten van buiten Zeeland aan te trekken.

Ideeën en uitdagingen
In de kennissessie ‘De beroepsgroep als ambassadeur in regionale samenwerking’ zijn verschillende ideeën, uitdagingen en kansen besproken. De opbrengsten uit de eerdere inspiratiesessie ‘Rap op de vloer’ waarin het veld opgeroepen is de beroepsgroep, met name de medezeggenschap en vakorganisatie in de aanpak te betrekken werden verder verkend en uitgediept. Wat gebeurt er al en welke kansen liggen er nog?

Wat gebeurt er al?

  • Docenten zelf laten bijdragen aan informatieavonden voor mensen die overwegen het onderwijs in te gaan. Dit wordt bij meerdere RAP-regio’s gedaan. Hieruit blijkt dat het werkt om een realistisch beeld van het leraarschap te schetsen. Lees het inspiratieverhaal Chemie voor de klas waar informatiebijeenkomsten voor chemici worden georganiseerd die hun liefde voor het vak willen delen als zij-instromer of hybride docent en het verhaal Technische docenten Steenwijkerland-Weststellingwerf waar werknemers in techniek en ICT de gelegenheid krijgen zich te oriënteren op een baan als docent techniek of ICT.
  • Middels verschillende focusgroepen wordt draagvlak gecreëerd en gevalideerd. Zo maakt het project ‘Leraar een kleurrijk beroep’ in Amsterdam bijvoorbeeld gebruik van focusgroepen. Het is wel belangrijk dat voldoende kennis van het veld aanwezig is en verschillende vakgebieden worden vertegenwoordigd.

Welke kansen zijn er?

  • Meer tijd bieden aan onderwijsinstellingen om tot planvorming te komen en deze uit te werken, wat de kwaliteit ten goede komt en zorgt voor meer draagvlak in de regio.
  • Inzicht krijgen in wat werkt door goed te monitoren wat daadwerkelijk effect heeft. Dit vraagt om inzet en samenwerking van scholen, besturen, RAP-regio’s en partnerschappen SO&P.
  • Goed organiseren van de beroepsgroep. Er is vaak gebrek aan tijd en capaciteit als gevolg van het personeelstekort. Het kan helpen om docenten steviger te positioneren in werkgroepen en initiatieven, door te zorgen dat zij goed gefaciliteerd worden (in uren of taken) om hieraan deel te nemen. Denk bijvoorbeeld aan het meer organiseren van een klankbordgroep, maar ook het actief betrekken van de medezeggenschapsraad rondom arbeidsmarktvraagstukken. En betrek ook stakeholders zoals vakorganisaties actief in de regio.  
  • Verbeteren aanbod vaste contracten met voldoende fte-omvang door nog meer bovenbestuurlijke samenwerking in de regio aan te gaan en de personeelsplanning met elkaar af te stemmen om zo gezamenlijk het personeelsoverschot en –tekort aan te pakken.
  • Bijvoorbeeld door fte’s beschikbaar te stellen om starters (deels) een vast contract aan te bieden. Dit kan eveneens door bovenbestuurlijk samen te werken in de regio.