In 2019 heeft het kabinet met de sociale partners een akkoord bereikt over de vernieuwing van het pensioenstelsel. In het nieuwe pensioencontract kunnen sociale partners kiezen tussen twee nieuwe pensioenvarianten: de ‘Solidaire Premie Regeling’ (SPR) met veel collectiviteit en solidariteit en de ’Flexibele Premie Regeling’ (FPR) met een meer individualistische pensioenregeling. In de Pensioenkamer hebben de centrales van overheidspersoneel (‘de bonden’) en de overheids- en onderwijswerkgevers eind 2023 een hoofdlijnenresultaat gesloten waarbij voor het pensioenfonds ABP is gekozen voor de Solidaire Premie Regeling.
Naast de afspraken over de (re)organisatie van de pensioenen, bevat het pensioenakkoord ook maatregelen voor de bevordering van de duurzame inzetbaarheid en eerder uittreden. Deze moeten ervoor zorgen dat werkenden ook in de toekomst zoveel mogelijk gezond en met plezier werkend hun pensioen bereiken en een vangnet bieden voor mensen die zich niet op de gestegen AOW-leeftijd hebben kunnen voorbereiden. De maatregelen zijn te onderscheiden in structurele en incidentele maatregelen.
Structurele maatregelen duurzame inzetbaarheid
Om de duurzame inzetbaarheid te bevorderen, heeft het kabinet een aantal structurele maatregelen genomen. Deze zijn onder andere:
Incidentele maatregelen duurzame inzetbaarheid
Naast de structurele maatregelen, heeft het kabinet ook een aantal incidentele maatregelen getroffen voor de korte termijn, de zogenaamde 'kickstart'. Dit betreffen:
- gezond, veilig en vitaal werken
- goed werkgeverschap en goed opdrachtgeverschap
- een leven lang ontwikkelen en arbeidsmobiliteit van werkenden
- bewustwording van de eigen regie van werkenden op hun loopbaan
- maatwerkafspraken rondom eerder uittreden (deze maatregel voor RVU-subsidie mag maximaal 25% van de totale subsidieaanvraag bedragen!)
Het subsidieplafond van de MDIEU bedraagt in totaal € 964 miljoen en de projecten mogen een maximale doorlooptijd hebben van 2 jaar. Voorafgaand aan een projectaanvraag in het kader van de MDIEU-subsidie, kan een sectoranalyse worden uitgevoerd.
Sectoranalyse-VO als verkenning op een MDIEU-subsidie
In het voortgezet onderwijs (vo) hebben sociale partners besloten om – als onderdeel van de MDIEU-subsidie - gebruik te maken van de mogelijkheid om een sectoranalyse uit te voeren.
De sectoranalyse heeft als doel inzicht te bieden in de meerjarige opgave van duurzame inzetbaarheid en langer doorwerken in het vo alsmede mogelijke knelpunten bij de oudere medewerkers die moeite hebben om de (gestegen) AOW-leeftijd te bereiken, zichtbaar te maken. De sectoranalyse geeft handvatten voor gericht beleid op verschillende groepen werkenden in het vo. Sociale partners in het vo hebben besloten géén subsidie aan te vragen voor het ontwikkelen en uitvoeren van DI-maatregelen en/of RVU.